Veel organisaties worstelen ermee: een omgeving die in hoog tempo steeds complexer wordt. Want wie heeft er tegenwoordig niet te maken met groeiende cybercriminaliteit, meer en meer in de cloud werken, alsmaar groeiende webapplicaties, big data uitdagingen, hybride werken en de ongelooflijk snelle opkomst en mogelijkheden van artificial intelligence?
Waar moet je in zo’n complexe wereld als IT-professional beginnen als je oplossingen gaat ontwerpen en implementeren? En je daarbij ook nog eens te maken hebt met uitdagingen op het gebied van integratie, beveiliging en veeleisende klanten.
Wat helpt is het besef dat het uiteindelijk altijd gaat om de behoefte van de business. Begin dan ook met de behoeftebepaling. En zorg dat ook de architectuur daar begint. In een wirwar van allerlei eisen en beperkingen zorgen architectuurprincipes voor sturing en reductie van complexiteit van de omgeving.
Het is daarbij zaak om deze set principes (per laag) klein en overzichtelijk te houden. De vier lagen die ik gebruik zijn geënt op de NORA (Nederlandse Overheid Referentie Architectuur), van oorsprong een set afspraken om digitale dienstverlening in de publieke sector mogelijk te maken en te verbeteren.
Het gaat om de lagen business, applicatie, data, en technologie. Per laag wil je de principes behapbaar houden door steeds goed na te denken over wat echt essentieel is. Durf dus te kiezen om vervolgens, aan de hand van een kleine set principes, de omgeving te ordenen en te structureren voordat er pragmatische oplossingen voor de business worden bedacht.